St. Antonius Ziekenhuis krijgt 7,1 miljoen voor onderzoek naar behandeling lekkende hartklep

REGIO • Het St. Antonius Ziekenhuis krijgt een subsidie van 7,1 miljoen voor onderzoek naar een nieuwe behandeling voor mensen met een lekkende hartklep.

Op dit moment is er nog niet voor iedereen een goede behandeling. Een openhartoperatie om de hartklep te repareren is voor de meeste, vaak oudere, mensen veel te ingrijpend. De hoop is daarom nu gevestigd op een nieuwe behandeling waarbij de hartklep wordt gerepareerd via de lies.

Nietje 
“Het speciaal voor deze klep ontworpen hulpmiddel, een soort nietje, brengen we tijdens de operatie met behulp van een katheter via de liesader in. Hiervoor hoeft het hart niet stil gelegd te worden”, legt cardioloog Martin Swaans uit. “Via echobeelden volgen we de hartfunctie tijdens de ingreep nauwgezet en kunnen we de lekkage ook ter plekke goed beoordelen om er vervolgens voor te zorgen dat het nietje op de juiste plek wordt geplaatst om de lekkage te dichten.”  

Onvoldoende bewijs
Het St. Antonius Ziekenhuis zegt deze ingreep in 2020 als eerste ziekenhuis in de Benelux te hebben verricht. Sindsdien is de behandeling nog slechts een paar keer per jaar uitgevoerd. “Dit terwijl er een groeiende groep patiënten is, die baat zou kunnen hebben van de procedure”, aldus Swaans. “De eerste resultaten van deze behandeling zijn veelbelovend, maar om voor vergoeding in aanmerking te komen is er nog onvoldoende bewijs. Momenteel worden de kosten uit onderzoeksbudgetten en uit eigen zak door het ziekenhuis betaald. Met dit onderzoek kunnen we daar verandering in brengen”.

Levens redden
Swaans: “We willen met dit onderzoek het bewijs leveren dat deze behandeling voor deze grote groep patiënten het verschil maakt ten opzichte van de huidige behandelopties: minder hartfalen, minder ziekenhuisopnames en vooral een betere kwaliteit van leven.”

Aan het onderzoek zullen 150 patiënten deelnemen en het duurt zes jaar. Dan worden de onderzoeksresultaten bij het Zorginstituut ingediend die vervolgens beoordeelt of de behandeling bij de genoemde groep patiënten vergoed kan worden uit het basispakket van de zorgverzekering. 

Swaans: “We hebben dus nog en lange weg te gaan, maar zijn heel blij met deze subsidie, omdat het ons de kans geeft om straks veel meer patiënten hun kwaliteit van leven terug te geven of zelfs hun leven te redden.”