Nieuwegeinse basisscholen vooral blij dat ze open mogen blijven

NIEUWEGEIN • Nieuwegeinse basisscholen zijn vooral dat blij dat zo open mogen blijven. Dat blijkt uit een rondvraag. De coronamaatregelen voor basisscholen zijn maandag van kracht gegaan. 

Medewerkers en leerlingen van groep 6, 7 en 8 moeten mondkapjes op als zij zich door de school bewegen. Ook geldt voor hen een dringend advies om twee keer per week een zelftest te doen. Pauzes moeten gespreid worden en er moeten looproutes zijn om afstand te kunnen houden. Hoe ervaren de Nieuwegeinse basisscholen deze regels?

Flexibiliteit
“We zijn vooral blij dat de scholen open zijn. Dat is goed voor het onderwijs en goed voor de kinderen”, zegt Harry de Vink, voorzitter van het College van Bestuur van de Stichting Fluenta, waartoe 19 basisscholen in Nieuwegein en omgeving behoren. “Het vraagt veel, maar het is te doen. Het is een klus voor de directeuren, want alle vragen van de kinderen, ouders en leerkrachten komen bij hun terecht”.

Van leerkrachten en kinderen vraagt het ook enige flexibiliteit. “De ene keer wordt er digitaal les gegeven, de andere keer gewoon. Soms komen kinderen van de ene in de andere quarantaine, dan kunnen ze zo veertien dagen thuis zitten. Maar dat zijn gelukkig uitzonderingen. De cohortering (ofwel bubbels, red.) maakt het ingewikkeld, daardoor kunnen sommige dingen misschien niet doorgaan. We voeren de nieuwe maatregelen door. De zelftest is een dringend advies, dat kunnen en willen we niet controleren achter de voordeur”.

Geen grote impact
“Alle beetjes helpen”, zegt Leendert Jan Meijwaard - directeur van de Toonladder in Galecop - over de nieuwe maatregelen. “We zijn toch zoekende met z’n allen, wat is wijsheid? Hier op school merken we dat iedereen het heel serieus neemt. De maatregelen worden keurig netjes opgevolgd en breed gedragen. Medewerkers, kinderen en ouders zijn heel coöperatief, dat is een compliment waard. Als ouders weigeren dat hun kind een mondkapje draagt, dan moeten we dat accepteren, maar we hebben het nog niet meegemaakt. Aan pauzes verandert voor ons niet veel, er speelden toch al niet veel groepen samen buiten. We moeten het binnen zo veilig mogelijk houden en het buiten niet opzoeken. Nee, het heeft voor ons geen grote impact.”

Snottebellen
Emile van Laar, directeur van de Beatrixschool in Wijkersloot en Zuilenstein, roemt zijn team. “Top, dat is fantastisch. We moeten wel weer duidelijkheid geven aan de ouders. Snottebellen moeten nu naar huis, dat is anders”. Op het moment van het gesprek zijn de protocollen niet helemaal helder, er moet nog een update komen.

Dat het een zorg is het onderwijs open te houden is voor Van Laar ook duidelijk. “Een leraar die ziek is, kan ook geen thuisonderwijs geven. De rek raakt er uit. Met kunst- en vliegwerk lukt het allemaal. Anders kwamen leerkrachten de laatste weken voor de Kerst aan hun eind, nu gebeurt dat eerder. Het wordt moeilijker de lol erin te houden. Maar andere sectoren hebben het veel zwaarder. We doen ons werk met liefde en hopen op begrip van de ouders. We hebben veel geleerd in de afgelopen periode.” Lachend: “Maar leren staat ook centraal in onze organisatie”.