Volleybalsters werken aan toekomst
nieuwegein • Dames 1 van de volleybalclub NVC - waarin ooit speelsters als Mak Terlingen, Melia Verkuyl en Karin Beenen furore maakten - zijn op 17 september gestart met de nieuwe competitie. Maar lang niet meer op zo’n hoog niveau als vroeger. De ploeg - die wordt getraind door oud-spelers als Roel Bos en Roger van Schie - is dit seizoen ingedeeld in de 3e klasse. Vorig seizoen speelde het team nog in de promotieklasse.
Het begin was nog redelijk hoopgevend. Nadat de eerste competitiewedstrijd was gewonnen van Bevoc 3, draaide de ontmoeting tegen streekgenoot Vives 7 echter op een 3-2 nederlaag uit.
Een aantal jaar geleden speelde dames 1 van NVC nog in de 2e divisie, maar plotseling stapte bijna het hele team op. De een ging verhuizen, de ander ging veel verder van huis studeren en een derde zocht het verder op een hoger niveau.
Daardoor moest een geheel nieuw team worden gevormd: onder meer met enkele speelsters van buitenaf, maar ook met enkele dames die afkomstig waren uit het tweede team - dat toen al door Roger van Schie en Roel Bos werd getraind. Het is echter niet gelukt om het team van vorig seizoen op niveau te houden. De club was namelijk genoodzaakt van het tweede team dames 1 te maken.
Het eerste damesteam werd ingedeeld in de 3e klasse. ‘'Dat is natuurlijk vrij laag, maar het plezier en de inzet zijn er niet minder om'', zegt Roel Bos. Het team bestaat nu uit tien speelsters. Het doel is echter om genoeg speelsters te krijgen, om komend seizoen met twee damesteams de competitie in te gaan. "Daarmee bieden we dan ruimte aan fanatieke jeugdspeelsters uit het huidige meisjes-A, waarvan er al drie hun waarde hebben laten zien tijdens een oefenwedstrijd", zegt Roel.
Afgelopen zaterdag in de wedstrijd tegen het zevende team van het IJsselsteinse Vives kregen speelsters van meisjes-B ook een kans. "Hun spel was zodanig dat we voor wat betreft het damesvolleybal bij NVC veel vertrouwen kunnen hebben in de toekomst.", zegt Roel. "Maar de echte winst zit duidelijk in de aanloop van nog wat jongere jeugd. Daarop moet echter nog even worden gewacht.’’
Thijs Middelkoop